Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR): impact en wijzigingen

Article

Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR): impact en wijzigingen

De belangrijkste wijzigingen de BOR voor het MKB

Al langere tijd liggen de faciliteiten bij bedrijfsopvolging onder vuur. Het huidige kabinet wil -net als het voorgaande kabinet- de bedrijfsopvolgingsregeling aanpassen. In dit artikel informeren wij u als mkb ondernemer/DGA over de bedrijfsopvolgingsregeling (verder BOR) in de huidige vorm, het verloop van de aangekondigde wijzigingen en tot slot de meest recente voorstellen.

De bedrijfsopvolgingsregeling per 2023

De BOR is met name interessant als verkoop van de onderneming geen hoofdmotief is maar opvolging door bijvoorbeeld familie wel. In geval van toepassing van de BOR wordt immers een veel lagere verkoopsom dan de werkelijke waarde van de overgedragen onderneming of geen verkoopsom ontvangen.

Zonder toepassing van de BOR leidt het erven/schenken van een onderneming of aanmerkelijkbelangaandelen in beginsel tot de heffing van twee belastingen:

  • inkomstenbelasting over de meerwaarde van de onderneming c.q. de aandelen(in het geval van aandelen tegen een tarief van 26,9% in box 2 (tarief 2023, dit tarief wordt in 2024 verhoogd tot maximaal 31%); en
  • schenkbelasting over de volledige waarde van de IB-onderneming of aandelen tegen een tarief van maximaal 20% (als de verkrijger een kind is).

De BOR kent een doorschuiffaciliteit in de inkomstenbelasting voor zowel ondernemingen als voor aanmerkelijkbelangaandelen voor de overdragende ondernemer/DGA (uitstel van inkomstenbelasting, de box 2-claim, naar de opvolger). Daarnaast geldt ook een vrijstelling in de schenk- en erfbelasting voor de verkrijgende opvolger (geen uitstel van belasting, maar in beginsel -afstel). Deze faciliteiten zijn bedoeld om te voorkomen dat continuïteitsproblemen ontstaan bij de overgedragen onderneming als gevolg van de verschuldigde belasting.

De huidige regeling in de Successiewet maakt het mogelijk dat ondernemingsvermogen voor een groot deel is vrijgesteld van schenk- en erfbelasting. Per 2023 geldt een vrijstelling van schenk- of erfbelasting voor ondernemingsvermogen van 100% tot een ondernemingswaarde van €1.205.871. Voor zover de ondernemingswaarde hoger is dan, geldt een vrijstelling van 83%.

 

Vereisten BOR 2023
Voor toepassing van de BOR (vereisten zowel inkomsten- als schenkbelasting tezamen) gelden o.a. de volgende voorwaarden:

  1. Het moet gaan om een materiële onderneming waarin daadwerkelijk ondernemingsactiviteiten plaatsvinden (geen beleggingen).
  2.  Bij een schenking moet de schenker minimaal vijf jaar eigenaar zijn geweest van de onderneming c.q. de aandelen in de onderneming in bezit hebben gehad (bezitseis); en
  3. Verkrijgers van de onderneming moeten de onderneming minimaal vijf jaar voortzetten; de verkrijger van aandelen in een bv moet de aandelen minimaal 5 jaar in bezit houden en daarnaast moet de bv de onderneming voortzetten (voortzettingseis).
  4. De verkrijger moet ten minste 36 maanden voorafgaand aan de verkrijging in dienstbetrekking bij de onderneming zijn geweest (dienstbetrekkingseis).
     

Ontwikkelingen BOR


Bouwstenenrapport 2020

De BOR heeft al langere tijd de aandacht. In het in 2020 verschenen Bouwstenenrapport werd al onder andere voorgesteld om de BOR te versoberen tot een vrijstelling van 25% van maximaal € 5 miljoen ondernemingsvermogen. Een ander voorstel was om de vrijstelling helemaal af te schaffen en te vervangen door een betalingsregeling. Een laatste voorstel was om verhuurd vastgoed in alle gevallen als beleggingsvermogen aan te merken, waardoor dit deel van het vermogen niet meer in aanmerking zou komen voor de BOR. Dit laatste voorstel werd vervolgens door het kabinet ook al aangekondigd als waarschijnlijke wijziging.
 

Voorjaarsnota april 2023
In de Voorjaarsnota heeft het kabinet aangekondigd de huidige fiscale faciliteiten voor bedrijfsopvolging de komende jaren te zullen versoberen. Het aan derden verhuurd vastgoed zal voortaan als beleggingsvermogen kwalificeren, waardoor dit vastgoed buiten de faciliteiten valt. Verder is het voornemen de vrijstelling vanaf 2025 aan te passen, waarbij tot 1,5 miljoen euro 100% wordt vrijgesteld en voor het meerdere 70% in plaats van 83%. Ook is het voornemen om de dienstbetrekkingseis af te schaffen en de bezits- en voortzettingseis te versoepelen.
 

Uitkomsten vervolgonderzoek juni 2023
De uitkomsten van het door het kabinet ingestelde vervolgonderzoek zijn recent gepubliceerd en de onderstaande aanpassingen worden voorgesteld. De doelstelling van de BOR blijft het voorkomen van liquiditeitsproblemen bij (reële) bedrijfsopvolgingen en tegelijk oneigenlijk gebruik van de BOR te beperken.

  1. Het kabinet heeft al bij de Miljoenennota 2023 aangegeven dat per 2024 aan derden verhuurd vastgoed standaard zal worden aangemerkt als beleggingsvermogen voor de BOR inkomstenbelasting en schenk- en erfbelasting. Binnen de eigen onderneming gebruikt vastgoed blijft tot het ondernemingsvermogen behoren. Het begrip ‘eigen onderneming’ zou ook inhouden het ‘eigen concern’, waar ook ‘kwalificerende verbonden lichamen’ deel van uitmaken. Een nadere verduidelijking van deze begrippen wordt niet gegeven.
  2. De vrijstelling in schenk- en erfbelasting wordt aangepast, zodat vanaf 2025 100% van de going concern waarde tot € 1,5 miljoen wordt vrijgesteld, en 70% van het meerdere. Het effectieve tarief voor ondernemingsvermogen boven € 1,5 miljoen wordt hierdoor verhoogd van 3,4% naar 6%.
  3. De 5% doelmatigheidsmarge voor de inkomstenbelasting en schenk- en erfbelasting wordt afgeschaft. Voor de schenk- en erfbelasting gebeurt dit per 2025 en voor de inkomstenbelasting mogelijk later. Met de doelmatigheidsmarge kan tot 5% van het ondernemingsvermogen extra worden aangemerkt als (kwalificerend) ondernemingsvermogen. Het gaat dan veelal om overtollige liquiditeiten en/of beleggingsvermogen.
  4. Bedrijfsmiddelen die zowel zakelijk als voor andere dan de bedrijfsdoeleinden van de onderneming worden gebruikt (zoals privédoeleinden), kwalificeren per 2025 slechts voor de BOR voor zover deze voor bedrijfsdoeleinden in de onderneming worden gebruikt. De maatregel zal alleen van toepassing zijn op bedrijfsmiddelen met een waarde van meer dan € 100.000 die voor meer dan 10% als beleggingsvermogen kwalificeren.
  5. De BOR wordt per 2025 of 2026 beperkt tot reguliere aandelen met een minimaal belang van 5% in het geplaatste kapitaal. Voor preferente aandelen die in het kader van een gefaseerde bedrijfsopvolging zijn uitgegeven blijft de BOR van toepassing.
  6. De dienstbetrekkingseis voor de inkomstenbelastingfaciliteit vervalt per 2025;
  7. De BOR kan bij schenking slechts worden toegepast als de verkrijger minimaal 21 jaar is. Bij schenking van aandelen aan (zeer) jonge personen is -aldus het kabinet - de kans klein is dat van een reële bedrijfsopvolging sprake is. Deze nieuwe voorwaarde lijkt een vervanging te zijn van de huidige dienstbetrekkingseis voor de doorschuifregeling in de inkomstenbelasting. Het kabinet stelt voor om de leeftijdsgrens niet te laten gelden bij bedrijfsopvolgingen in geval van overlijden.;
  8. De bezits-en voortzettingseis worden per 2026 versoepeld en de termijnen worden ingekort.
  9. Constructies in de BOR zoals rollator-investeringen (oud ondernemers die niet-kwalificerend beleggingsvermogen omzetten in kwalificerend ondernemingsvermogen) en dubbel-BOR toepassing worden per 2026 aangepakt.

De wetstechnische uitwerking van deze aanpassingen loopt gespreid mee in het Belastingplan 2024 en het Belastingplan 2025. Kortom, op Prinsjesdag zullen bovengenoemde maatregelen naar verwachting meer Buitgekristalliseerd zijn. Uiteraard informeren wij jullie weer bij nieuwe ontwikkelingen.

Om een fiscaal gefaciliteerde bedrijfsopvolging door te voeren is veelal eerst een herstructurering nodig. Gezien de aangekondigde maatregelen is het zaak tijdig een plan voor opvolging te maken.

Wilt u meer weten, neem dan contact op met uw Deloitte belastingadviseur.

Did you find this useful?