Organisatievraagstuk

Article

Met lef en moed investeren in de bedrijfsvoering

Belangrijke thema's voor raadsleden

De coronapandemie, oorlog in Oekraïne, renteverloop, hoge inflatie, nieuwe verdeling van het gemeentefonds en mogelijk lagere inkomsten vanaf 2026. Gemeenten worden met veel onzekerheden geconfronteerd. “Toch blijft kiezen op inhoud belangrijk, ook qua bedrijfsvoering”, zeggen Rein-Aart van Vugt, Partner Publieke Sector, en Arjan Schutgens, Director Publieke Sector bij Deloitte. “Durf te investeren in bedrijfsvoering, interne organisatie en personeel. Bedrijfsvoering is ondersteunend aan de dienstverlening aan burgers en bedrijven, maar het is zeker niet ondergeschikt.”

“Veel gemeenten stellen ontwikkelingen uit, vanwege de onzekerheden maar vooral ook door een gebrek aan mensen en capaciteit. En dat terwijl er nu financiële middelen overblijven en de reservepositie een stijgende lijn laat zien”, zegt Arjan Schutgens. “Om tevreden werknemers, burgers en bedrijven te krijgen en efficiencywinst te behalen, moet er nu geïnvesteerd worden in personeel, opleiding, ICT en processen.” “Al meer dan tien jaar is er sober met de bedrijfsvoering omgegaan. Investeren in iets zichtbaars in stad of dorp is populairder”, gaat Rein-Aart van Vugt verder. “Maar investeren in de bedrijfsvoering is lange termijn scoren. Geef het dezelfde aandacht als de dienstverlening aan burgers en bedrijven. Want zonder goede bedrijfsvoering, geen succesvolle dienstverlening.”

Een integrale aanpak

Gemeenten hebben te maken met verschillende trends en ontwikkelingen die ingrijpen op de bedrijfsvoering. “Burgers en bedrijven verwachten steeds meer dat er één herkenbare, digitale of fysieke plek is waar ze terecht kunnen voor hun vragen aan de gemeente. Of het nu om vergunningen gaat of de aanvraag van een bijstandsuitkering. Dat stelt natuurlijk eisen aan de bedrijfsvoering”, verklaart Van Vugt. “Daarnaast wordt de opgave waar gemeenten voor staan steeds complexer. Dat vraagt een integrale aanpak, in plaats van verkokering en eilandjes. Wat daarmee samenhangt is de trend dat gemeenten opgavegericht gaan werken met fysieke, sociale, financiële en juridische aspecten. Alles wordt beredeneerd vanuit het doel dat bereikt moet worden en alle aspecten die invloed hebben op het realiseren van het doel. Dit zit allemaal in de integrale opgave waarlangs gestuurd wordt. En last but not least, de verdergaande digitalisering die vraagt om een andere manier van werken. Dat stelt ook eisen aan de processen, mensen en competenties.”

Wel of geen geld?

Investeren in de bedrijfsvoering is daarom belangrijk. Maar is er wel geld? “Er wordt regelmatig gesproken over een onhoudbare financiële positie van gemeenten door aanhoudende tekorten in het sociaal domein en de kosten van de crisis”, aldus Schutgens. “Maar de veronderstelling dat gemeenten geen geld hebben voor de uitvoering van gemeentelijke taken is te kort door de bocht. Aan het einde van het jaar blijven nu vaak financiële middelen over. En dat komt omdat plannen niet worden uitgevoerd, werk wordt doorgeschoven, ambities worden gestapeld in de begroting, planningsopportunisme en extra geld van het Rijk – vaak in de laatste maanden van het jaar.”

“Geld is nu niet het probleem. Realisatie, uitvoerings- en arbeidskracht is het probleem, dat moet daarom nu centraal gesteld worden”, stelt Van Vugt. “Schuif de discussie over geld meer naar de achtergrond en zet de vraag ‘Hoe voeren we uit wat we met elkaar besloten hebben?’ op de voorgrond.” Van Vugt ziet nog een ontwikkeling die om aandacht vraagt. “Gemeenten komen structureel vanaf met name 2026 geld tekort, maar hebben nu en komende jaren veel incidenteel geld over. Bij de begroting moeilijke discussies over bezuinigingen voeren omdat structureel een tekort dreigt en bij de jaarrekening vervolgens bakken met (incidenteel) geld overhouden is daar een symptoom van.”

Volgens Van Vugt is dit moeilijk aan de gemeenteraad en burgers uit te leggen. Ook geeft het Rijk feitelijk veel vaker incidenteel geld aan gemeenten waar structurele kosten mee (moeten) worden opgevangen. “Misschien past het denken in een strak onderscheid tussen incidenteel en structureel geld niet meer zo in deze snelle tijd, waarin het veel meer gaat om integrale complexe opgaven die moet worden gerealiseerd. Kunnen incidenteel en structureel geld elkaar daarbij niet meer gaan versterken? Wordt de financiële weerbaarheid van een gemeente niet veel meer bepaald door hoe snel een gemeente kan schakelen binnen en tussen opgaven en door hoe flexibel de portemonnee van de gemeente is om met de financiële ontwikkeling mee te bewegen?”

Zorgen om 2026

“Gemeenten maken zich nu zorgen om de ontwikkelingen vanaf 2026 en de plannen van het Rijk die leiden tot minder geld van het Rijk voor gemeenten”, gaat Van Vugt verder. “Maar achter die plannen zit een verhaal. Het is de verwachting van het Rijk dat er voordelen komen uit bijvoorbeeld de Hervormingsagenda Jeugd. Bovendien gaat het Rijk in de plannen ervan uit dat het belastinggebied van gemeenten wordt uitgebreid. Nu je laten verlammen voor die ontwikkelingen, is niet nodig. Scherp gezegd: als alle 344 gemeenten vanaf 2026 het probleem van een gapende financiële kloof hebben, dan is er feitelijk geen probleem. Dan moet er ook een oplossing komen. Er moet nog veel worden gepraat tussen de gemeenten en het Rijk, keuzes moeten worden gemaakt en er zullen ook kansen zijn. Een horizon van vier jaar is goed, maar de afgelopen jaren hebben we gezien hoeveel er kan gebeuren in korte tijd. Een pandemie, oorlog en hoge inflatie waren drie jaar geleden niet te voorspellen. Wat we nu wel zeker weten is een probleem in de uitvoering, arbeidsmarkt, realisatie van doelen en uitvoeringskracht. Durf daarom te investeren in de bedrijfsvoering, heb het lef en de moed.”

De kloof verkleinen

“Investeren in bedrijfsvoering betekent investeren in een visie op modern personeelsbeleid, waarmee onderwerpen worden geraakt als vergrijzing en hybride werken”, legt Schutgens uit. “Je creëert daarmee een aantrekkelijke plek om te werken voor goed opgeleide professionals. Met investeringen in competenties en opleiding en met goede faciliteiten. Werknemers vinden het daardoor leuk om te werken voor het lokale bestuur en het verkleint de kloof met het bedrijfsleven.” “Maar maak ook geld vrij voor ICT-ontwikkeling”, vult Van Vugt aan. “Denk aan meer doen met data, privacy en cybersecurity. Dat hoort er absoluut ook bij.”

Belangrijke succesfactor

“Door te investeren in hun organisatie en mensen kunnen gemeenten meebewegen met actuele trends en de dynamiek van de omgeving”, vertelt Schutgens. “De weerbaarheid wordt groter en er kan op meer efficiënte wijze uitvoering gegeven worden aan de gemeentelijke taken.” “Veel gemeenten zien bedrijfsvoering als corvee, als iets dat er nog bij komt. Dat gevoel moet eruit”, zegt Van Vugt gedreven. “Bedrijfsvoering is een belangrijke succesfactor voor de taak zelf. Het draagt bij aan betere bediening van de burger, opgavegericht en datagedreven werken, betere informatievoorziening, flexibiliteit en weerbaarheid. Bovendien geeft innovatie een boost in de organisatie om te ontwikkelen en creatief te zijn. Natuurlijk slokken onderwerpen als het sociaal domein, de woningbouwopgave en duurzaamheid veel aandacht op. Maar geef bedrijfsvoering dezelfde prioriteit. De plannen moeten immers ook een keer uitgevoerd worden.”

Blijf op de hoogte van onze updates voor Raadsleden

Did you find this useful?