Implementatiewet Mobiliteitsrichtlijn treedt op korte termijn in werking in Nederland

Article

Implementatiewet Mobiliteitsrichtlijn treedt op 1 september 2023 in werking in Nederland

Belangrijke wijzigingen in procedures bij grensoverschrijdende verrichtingen

De Wet implementatie richtlijn grensoverschrijdende omzettingen, fusies en splitsingen zal in werking treden met ingang van 1 september 2023. Deze Wet brengt belangrijke wijzigingen met zich mee voor grensoverschrijdende fusies en introduceert een wettelijk kader voor grensoverschrijdende splitsingen en omzettingen. De Wet zal ook voorzien in overgangsrecht voor reeds lopende grensoverschrijdende trajecten.

Achtergrond

De Wet implementatie Mobiliteitsrichtlijn (hierna: ‘de Wet’) regelt de implementatie van Richtlijn (EU) 2019/2121 (de ‘Mobiliteitsrichtlijn’) van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 tot wijziging (en uitbreiding) van Richtlijn (EU) 2017/1132 (hierna: de ‘Vennootschapsrichtlijn’) met betrekking tot grensoverschrijdende omzettingen, fusies en splitsingen. De Wet brengt een aantal belangrijke wijzigingen met zich ten aanzien van grensoverschrijdende fusies, en introduceert een wettelijk kader voor grensoverschrijdende omzettingen en splitsingen.

Hoewel het op grond van rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: HvJ-EU) reeds mogelijk was om grensoverschrijdende omzettingen (en in mindere mate ook splitsingen) uit te voeren, ontbrak een regelgevend kader. Dit vormde een hindernis voor de uitoefening van de vrijheid van vestiging binnen de EU, aangezien het juridische versnippering en rechtsonzekerheid met zich meebracht. De Mobiliteitsrichtlijn poogt die hindernis weg te nemen zodat het gemakkelijker wordt om een grensoverschrijdende omzetting, fusie of splitsing te effectueren.

De Mobiliteitsrichtlijn diende op zijn laatst op 31 januari 2023 in de EU/EER-landen te zijn geïmplementeerd. Echter, dit is slechts door enkele EU/EER-lidstaten gelukt. Nederland heeft deze implementatiedatum niet gehaald, maar inmiddels is het parlementaire proces doorlopen en treedt de Wet op 1 september 2023 in werking.

            English Version

Inhoud

In de Wet wordt het toepassingsbereik uit de Mobiliteitsrichtlijn overgenomen. Dit betekent dat het Wetsvoorstel alleen van toepassing is op de Nederlandse besloten vennootschap (B.V.) en de naamloze vennootschap (N.V.). Op grond van de Mobiliteitsrichtlijn is er nog geen wettelijk kader voor een grensoverschrijdende verrichting door andere rechtsvormen.


Opdeling in drie fasen

Het proces omtrent grensoverschrijdende omzettingen, fusies en splitsingen wordt in de Wet, in lijn met de Mobiliteitsrichtlijn en de regels in Boek 2 BW omtrent binnenlandse fusies en splitsingen, opgedeeld in drie fasen:
1) de voorbereidende fase,
2) de besluitvormende fase en
3) de uitvoerende fase. In de voorbereidende fase worden alle voorbereidende handelingen ten aanzien van de grensoverschrijdende omzetting, fusie of splitsing verricht. Hierbij kan onder meer worden gedacht aan het opstellen van het omzettings-, fusie of splitsingsvoorstel en het inlichten van aandeelhouders, crediteuren en (indien ingesteld) de ondernemingsraad. In de besluitvormende fase neemt de algemene vergadering een besluit over het in fase 1 opgestelde voorstel. Indien de algemene vergadering groen licht geeft, breekt de uitvoerende fase aan. Hierin wordt onder andere de akte door de notaris gepasseerd en opgave van de omzetting, fusie of splitsing gedaan bij de Kamer van Koophandel.
 

Informatievoorziening aan aandeelhouders, schuldeisers en werknemers
Een interessante wijziging in de voorbereidende fase is dat de aandeelhouders en de ondernemingsraad (of werknemers) van de betrokken vennootscha(pen) meer én eerder informatie krijgen over de grensoverschrijdende omzetting, fusie of splitsing dan wordt bepaald in de Vennootschapsrichtlijn. Zo wordt de lijst met de in de toelichting op te nemen onderwerpen uitgebreid en wordt er een onderscheid gemaakt tussen informatie voor de aandeelhouders en de werknemers. Aandeelhouders moeten worden ingelicht over onder andere de gevolgen van de omzetting, fusie of splitsing voor hen en de rechten en de rechtsmiddelen die hen ter beschikking staan indien zij het niet eens zijn met de voorgestelde schadeloosstelling. Ten aanzien van de werknemers moeten onder andere de gevolgen van de omzetting, fusie of splitsing voor arbeidsrelaties en materiële wijzigingen van de arbeidsvoorwaarden worden toegelicht. Ook moet het bestuur van elke betrokken vennootschap een kennisgeving opstellen gericht aan de aandeelhouders, de schuldeisers en de ondernemingsraad (of werknemers) waarin wordt vermeld dat zij uiterlijk 5 dagen voor de datum waarop de algemene vergadering een besluit neemt over het voorstel, bij hun respectieve vennootschap opmerkingen kunnen indienen over het voorstel. Deze kennisgeving moet, tegelijkertijd met de neerlegging of openbaarmaking van het voorstel, ten kantore van het handelsregister worden neergelegd of via elektronische weg bij het handelsregister openbaar worden gemaakt.
 

Langere verzettermijn
Voorts is een belangrijke wijziging dat de verzettermijn voor schuldeisers wordt verlengd van één maand naar drie maanden. Gedurende deze termijn kunnen schuldeisers verzet aantekenen tegen het voorstel en bijvoorbeeld een waarborg verlangen van de betrokken vennootschappen.
 

De fraudetoets
In de Wet wordt de reeds bestaande toetsing door de notaris uitgebreid met de fraudetoets (als onderdeel van de afgifte van een pre-verrichting attest door de notaris). De fraudetoets houdt in dat geen toestemming zal worden gegeven door een notaris voor de grensoverschrijdende fusie als vast komt te staan dat deze is opgezet voor onrechtmatige of frauduleuze doeleinden die leiden tot of gericht zijn op ontduiking of (onrechtmatige) omzeiling van Unie- of nationaal recht, of voor criminele doeleinden. De verplichte fraudetoets geldt ook voor de overige grensoverschrijdende verrichtingen.

Overgangsrecht

De Wet voorziet in een overgangsregeling voor grensoverschrijdende procedures die ten tijde van de inwerkingtreding van de Wet (1 september 2023) reeds gestart waren. Indien het verrichtingsvoorstel reeds is gedeponeerd bij het handelsregister van de Kamer van Koophandel, kan de procedure voortgezet worden op basis van het op dit moment geldende recht. Bij deponering van het voorstel, nadat de Wet inwerking is getreden, dient de nieuwe procedure in acht genomen te worden.

De tekst van de Wet is te raadplegen via deze link. Meer achtergrondinformatie over de Wet is opgenomen in de Memorie van Toelichting .

Did you find this useful?