Belastingplan - wijzigingen in tarieven en heffingskortingen

Article

Belastingplan 2024 - Wijzigingen in tarieven en heffingskortingen

In deze bijdrage gaan wij gedetailleerd in op de in 2024 van toepassing zijnde tarieven, schijven en heffingskortingen in de loon- en inkomstenbelasting en de tariefstructuur in de vennootschapsbelasting.

21 december 2023

Tariefstructuur vennootschapsbelasting

De tariefstructuur van de vennootschapsbelasting wijzigt niet in 2024. Het tarief bedraagt 19% tot een belastbaar bedrag van € 200.000 en 25,8% over het meerdere. Zie de onderstaande tabel.

Jaar20232024
Eerste schijf19,0% (belastbaar bedrag tot €200.000)19,0% (belastbaar bedrag tot €200.000)
Tweede schijf25,8% (belastbaar bedrag  >€200.000)25,8% (belastbaar bedrag >€200.000)

Webcast Prinsjesdag 2023

Corina van Lindonk, Aart Nolten en Eddo Hageman bespraken het nieuwe Belastingplan.

Kijk terug

Tweetarievenstelsel box 1

Sinds enige jaren is sprake van een tweetarievenstelsel in de inkomstenbelasting. In 2023 bedraagt het basistarief 36,93% en het toptarief 49,50%. Per 1 januari 2024 stijgt het basistarief licht naar 36,97% en blijft het toptarief van 49,50% ongewijzigd (box 1-inkomen > € 75.518).

Voor AOW-gerechtigden is sprake van een drietarievenstelsel, omdat zij geen AOW-premies zijn verschuldigd. Tot een box 1-inkomen van € 38.098 (indien geboren vóór 1946: € 40.021) bedraagt het gecombineerde tarief voor deze belastingplichtigen in 2024 19,07% (2023: 19,03%).

Schijfgrenzen
  2023 2024
Grens eerste schijf (geboren vanaf 1946) € 37.149 € 38.098
Grens eerste schijf (geboren vóór 1946) € 38.703 € 40.021
Grens tweede schijf € 73.031 € 75.518
Derde schijf > € 73.031 > € 75.518

 

Algemene tarieftabel
Gecombineerd tarief 2023 2024
Tarief eerste schijf 36,93% 36,97%
Tarief tweede schijf 36,93% 36,97%
Tarief derde schijf 49,50% 49,50%

 

Tarieftabel AOW-gerechtigden
Gecombineerd tarief 2023 2024
Tarief eerste schijf 19,03% 19,07%
Tarief tweede schijf 36,93% 36,97%
Tarief derde schijf 49,50% 49,50%

 

Introductie twee schijven box 2

In 2023 is nog sprake van een vlak tarief van 26,9% in box 2 (aanmerkelijk belang). Per 1 januari 2024 wordt echter een tweeschijvenstelsel geïntroduceerd, met een basistarief van 24,5% voor de eerste € 67.000 en een toptarief van 33% over het meerdere. Daarmee wordt onder meer een fiscaal gelijkere behandeling van werkenden beoogd. 

  2023 2024
Grens eerste schijf n.v.t. € 67.000
Grens tweede schijf n.v.t. > € 67.000
Vlaktarief 26,9% n.v.t.
Tarief eerste schijf n.v.t. 24,5%
Tarief tweede schijf n.v.t. 33%

 

Nieuwe berekeningswijze en tariefsverhoging box 3

In box 3 wordt het vermogen in drie categorieën onderverdeeld: contant geld en banktegoeden, overige bezittingen en schulden. De werkelijke vermogenssamenstelling is daarbij leidend. Per vermogenscategorie geldt een afzonderlijk forfaitair rendement. Het totale rendement wordt gedeeld door de totale rendementsgrondslag, waaruit het effectieve rendementspercentage voortvloeit. Dit wordt vermenigvuldigd met de (toegerekende) grondslag sparen en beleggen om tot het belastbare voordeel uit sparen en beleggen te komen. In de tabel hieronder zijn de forfaitaire rendementspercentages per vermogenscategorie opgenomen. De rendementen voor banktegoeden en schulden worden gebaseerd op actuele gemiddelden en kunnen daarom pas na afloop van het jaar worden vastgesteld.

Rendementspercentages voor de nieuwe berekening voor de drie categorieën
  Banktegoeden (I) Overige bezittingen (II) Schulden
2023 0,01% 6,17% 2,46%
2024   6,04%  

 

Het box 3-tarief wordt per 1 januari 2024 verhoogd naar 36% (2023: 32%).  Het heffingsvrije vermogen in box 3 blijft in 2024 € 57.000.

Zelfstandigenaftrek en MKB-winstvrijstelling

De zelfstandigenaftrek wordt de komende jaren afgebouwd. In 2023 bedraagt deze nog € 5.030. In 2024 vindt een verlaging plaats naar € 3.750. In 2027 zal de zelfstandigenaftrek nog € 900 bedragen. Doel van deze verlaging is het verkleinen van het verschil in fiscale behandeling tussen werknemers en zelfstandigen. Daarnaast wordt de MKB-winstvrijstelling in 2024 verlaagd van 14% naar 13,31%.

Algemene heffingskorting

Vanaf 1 januari 2025 wordt de hoogte van de algemene heffingskorting afhankelijk van het verzamelinkomen. In 2024 gaat het alleen nog om het box 1-inkomen. In 2024 bedraagt de maximale algemene heffingskorting € 3.362, welk bedrag met 6,63% wordt afgebouwd vanaf een box 1-inkomen van € 24.812 totdat deze bij een box 1-inkomen van € 75.518 op nihil uitkomt.

Arbeidskorting

Het maximale bedrag van de arbeidskorting komt in 2024 uit op € 5.532. Deze heffingskorting wordt vanaf een arbeidsinkomen van € 39.957 met 6,51% afgebouwd, totdat deze bij een arbeidsinkomen van € 124.934 op nihil uitkomt.

Overzicht heffingskortingen
Heffingskortingen 2023 2024
Maximum algemene heffingskorting (onder AOW-leeftijd) € 3.070 € 3.362
Maximum algemene heffingskorting (boven AOW-leeftijd) € 1.583 € 1.735
Afbouwpunt algemene heffingskorting € 22.660 € 24.812
Afbouwpercentage algemene heffingskorting (onder AOW-leeftijd) 6,095% 6,630%
Afbouwpercentage algehele heffingskorting (boven AOW-leeftijd) 3,141% 3,420%
 
Maximum arbeidskorting € 5.052 € 5.532
Afbouwpunt € 37.691 € 39.957
Afbouwpercentage arbeidskorting 6,51% 6,51%

 

Inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK)

In 2024 wordt de IACK verhoogd tot € 2.950 en de inkomensdrempel tot € 6.073. Het afbouwpercentage blijft ongewijzigd (11,45%). De maximumkorting wordt bereikt bij een arbeidsinkomen van € 31.837.

Jaar 2023 2024
Maximale IACK € 2.694 € 2.950
Afbouwpercentage 11,45% 11,45%
Opbouwpunt € 5.547 € 6.073

 

Ouderenkorting

De maximale ouderenkorting bedraagt in 2024 € 2.010, en wordt afgebouwd met 15% vanaf een inkomen van € 44.770. De alleenstaande ouderenkorting komt in 2024 uit op € 524 (2023: € 478).

Jaar 2023 2024
Maximale ouderenkorting € 1.835 € 2.010
Afbouwpercentage 15% 15%
Afbouwpunt € 40.888 € 44.770

 

Jonggehandicaptenkorting

De jonggehandicaptenkorting wordt in 2024 verhoogd van € 820 naar € 898.

Did you find this useful?